Nadat de koningin al dood bleek te zijn (The Smiths) kwamen The Decemberists met The King Is Dead. Het zesde album van deze band uit Oregon. Uitgebracht in 2011. Nadat de vorige albums flink geinspireerd bleken te zijn door Engelse folk tradities, blijkt dit album meer een hommage te zijn aan de rijke Amerikaanse volksmuziek en de meer recentere Amerikaanse muzikale geschiedenis. Dichter bij huis dus. Het is een album dat zeer toegankelijk is en daarom een tractatie voor je oren. De schoonheid zit bij dit album in de eenvoud. Het blijkt veel twangy country invloeden te hebben. En ja, een aantal nummers doen ook aan R.E.M. denken. Misschien ook wel omdat op drie ervan Peter Buck meespeelt. Het openingsnummer, Don’t Carry It All, begint meteen al goed, en lijkt een eerbetoon te zijn aan The Band (ik hoor tenminste overeenkomsten met It Makes No Difference). In Down By The Water en June Hymn hoor je een mondharmonica dat door Neil Young gespeeld zou kunnen zijn. Box In The Box dat nog het meest lijkt terug te grijpen, heeft een blue grass, appalachian sfeertje. Januari Hymn en June Hymn, zijn een soort antwoord op April Come She Will van Simon & Garfunkel. Mooiste nummer op deze CD is echter June Hymn. Gastbijdragen zijn van o.a. ook van David Rawlings en Gillian Welch. Alles opgenomen in een schuur. En dat doet ook weer aan The Band en Neil Young denken. Het hele album is perfect in evenwicht. Uitgebracht door Rough Trade en mede geproduceerd door Tucker Martini (o.a. engineer op een paar albums van Rosanne Cash, R.E.M. Sufjan Stevens, Bill Frisell en op het album van Jim James in mijn 1760 lijst).
-
Meest recente berichten
Recente reacties